Gezondheid

In dit thema bespreken we de impact van post-COVID op de lichamelijke en psychische of mentale gezondheid. Iedereen sprak over de impact van post-COVID op hun gezondheid. Op lichamelijk gebied vertellen veel deelnemers over dat ze veel minder kunnen doen vergeleken met voordat ze ziek werden. Dit wordt ook wel verminderde belastbaarheid genoemd. In dit thema bespreken we verder nog andere aandoeningen die door COVID-19 zijn ontstaan, mentale klachten die deelnemers ervaren door post-COVID en de angst om opnieuw besmet te raken. 

Verminderde belastbaarheid

Alle deelnemers vertellen dat ze nu minder kunnen doen dan voordat ze COVID-19 kregen. Dit merken ze vooral bij inspanning bij gewone dagelijkse bezigheden en bij meer inspannende dingen zoals sporten. Meerdere deelnemers geven aan dat ze zich meer beperkt voelen ten opzichte van wat ze eerder konden. Deelnemers geven ook aan hulpmiddelen te gebruiken zoals een elektrische fiets, een ergonomische stoel, of een verstelbaar bed. Twee deelnemers vertellen een scootmobiel te gebruiken als ze van huis weggaan. Sofie vertelt een rolstoel nodig te hebben om zich buitenshuis te kunnen verplaatsen. 

Andere aandoeningen ontstaan door COVID-19

Een aantal deelnemers vertelt over andere aandoeningen die ontstaan zijn door of na de Corona besmetting. Natascha heeft bijvoorbeeld de diagnose chronisch vermoeidheidssyndroom gekregen en is daarnaast gediagnosticeerd met het syndroom van Tietze (pijnlijk kraakbeen tussen het borstbeen en ribben). Tessa is gediagnosticeerd met het chronisch vermoeidheidssyndroom na een infectie. Bij Lisa werd astma vastgesteld. Mike heeft de diagnose polyneuropathie vastgesteld gekregen, als gevolg van zijn opname op de IC. Dit betekent dat er bij hem op meerdere plekken in het lichaam schade is aan zenuwen. Bij Marcel en Samira is dunnevezelneuropathie vastgesteld, dat betekent dat er beschadiging is van de dunste zenuwvezels in het lichaam. 

Mentale gezondheid

Meerdere deelnemers geven aan dat ze mentale klachten hebben sinds ze COVID-19 hebben gehad. Bij enkele deelnemers hebben deze klachten te maken met een traumatische ervaring. Bijvoorbeeld doordat ze opgenomen zijn geweest in het ziekenhuis of doordat ze op de IC hebben gelegen. Ook vertelt een deelnemer over een vervelende ervaring bij de spoedeisende hulp, waarvan ze midden in de nacht naar huis gestuurd werd, waar ze nadien psychisch last van bleef houden.

Ook onder deelnemers die thuis ziek zijn geweest (en niet zijn opgenomen in het ziekenhuis), zijn er deelnemers die psychische klachten hebben ervaren. Bijvoorbeeld door het ziek zijn tijdens de eerste besmetting of vanwege de klachten en lichamelijke beperkingen die ze nu ervaren. Deelnemers vertellen bijvoorbeeld angst te ervaren vanwege de onzekerheid over wat hun mankeert. “Dat is eigenlijk het hefstigste” vertelt Astrid. Anderen ervaren mentale klachten vanwege het ziek zijn zelf of zoals Willemijn het noemt “in de knoop zitten door het ziek zijn”. Veel deelnemers noemen dat ze mentale klachten hebben, omdat ze niets meer kunnen of minder kunnen dan voorheen. “Vooral toen alles weer openging”, vertelt Els, “Dan denk je: leuk al die feestjes. Dat kan ik echt niet.”. Of Marcel, die het erg lastig vindt dat hij zijn werk niet meer kan doen en zijn werk heel erg mist. Truus vertelt dat “alles wat altijd normaal was, dat gaat gewoon niet meer.”. Enkele deelnemers vertellen dat zij het lastig vinden dat zij een ander persoon zijn geworden en zichzelf niet meer herkennen. Lisa vertelt daarover: “Je kent jezelf als een energieke vrouw die gewoon alles kan en doet en alles leuk vindt en dat is niet meer zo.”.

Veel mensen vertellen ook angst te ervaren, omdat de toekomst nog erg onzeker is. Hierover kunt u meer lezen in het thema ‘Toekomstverwachting’. 

Angst om opnieuw COVID-19 te krijgen

Enkele deelnemers geven aan bang te zijn om opnieuw besmet te raken. Liselotte kreeg hierdoor bijvoorbeeld paniekaanvallen toen ze weer aan het werk probeerde te gaan. Andere deelnemers vertellen dat ze niet echt bang zijn, maar zich wel zorgen maken over wat het met hun klachten zou doen als ze nog een keer besmet zouden raken. Meerdere deelnemers geven aan helemaal niet bang te zijn om opnieuw besmet te raken. “Als ik het weer krijg, dan is het maar zo”, zegt Klaas. Sofie zegt: “Ik heb geen energie meer om daar bang voor te zijn”. 

Wij gebruiken cookies op deze site om uw gebruikerservaring te verbeteren

Klik op "ik ga akkoord" om cookies toe te staan.